Opnieuw naar China voor onderzoek naar de bijzondere geschiedenis van de porseleinproductie in China. En elke keer als ik terugkeer, kom ik erachter dat ik maar een heel klein stukje heb gezien, want China en haar geschiedenis zijn reusachtig groot. Wederom wordt Jingdezhen in de komende week bezocht als voorbereiding op een nieuwe tentoonstelling die in het najaar van 2020 bij Museum Prinsenhof Delft te zien zal zijn. In deze blog alvast een paar opvallende zaken op het gebied van kunst en erfgoed in Beijing die ik op mijn weg ben tegengekomen.
Kunst in dienst van de politiek
Het National Art Museum in Beijing is gericht op de moderne kunst van China. Hier worden verschillende tentoonstellingen gemaakt over fotografie, schilder- en beeldhouwkunst. Op dit moment is er een tentoonstelling waarin kunst van inheemse volken uit China wordt gepresenteerd. Er zijn maar liefst 56 van deze groepen die vaak in arme omstandigheden leven, omdat ze als minderwaardig worden beschouwd in eigen land. Waarom dan opeens deze tentoonstelling? Op het 19de congres van China heeft Xi Jinping aangegeven dat de leefkwaliteit van etnische groepen in China moet worden verbeterd. Dit is allemaal in het kader van een nieuw China dat zijn plek opeist in de wereldeconomie. En daarbij wordt China gepresenteerd als één grote familie. Via kunst kun je deze boodschap natuurlijk op een elegante manier brengen.
Graffiti
Net als in Nederland is het in China moeilijk om erfgoed te conserveren en behouden. Alles wat oud is moet door veel bezoekers aangeraakt worden. En als het even kan, kras je dan - uiteraard - je naam in gebouwen, kunstwerken of in de Chinese muur. Zo ben je namelijk vereeuwigd in de geschiedenis. Voor mij als westerling ziet dit vandalisme in China er uiteraard een tikje ‘exotisch’ uit, omdat het in karakters is. Maar natuurlijk zijn er ook universele symbolen te vinden in zo’n kraswerkje, want het hart is ook hier in gebruik als een teken van liefde.
Te koop
Uiteraard is deze reis naar China vooral gericht op alle ins en outs van Chinees porselein. In Beijing is veel te zien in diverse musea, waar bijzondere collecties zijn samengebracht. Maar er is ook een heleboel te koop, zoals ik ook in een eerder blog heb geschreven. Toch valt het me na twee jaar op dat ook het aanbod van porselein op de Panjiayuan antiekmarkt is veranderd. In 2017 leek er veel meer aanbod van nagemaakt keizerlijk en exportporselein te zijn. Nu lijken de verkopers meer negentiende- en twintigste-eeuwse stijlen te verkopen. En dat is niet zo gek, want dit type porselein is in de afgelopen twee jaar in prijs gestegen in de internationale handel. Deze groep is in diverse kwaliteiten te vinden. Wat ik hierbij interessant vind, is dat er veel goedkoop geproduceerde waar via het internet makkelijk te bestellen is. Juist op websites zoals Aliexpress kun je sets kopen met kleine kopjes zoals in de foto. En die zie ik dan regelmatig weer opduiken op Nederlandse antiekmarkten.
Tot zover Beijing. Op naar Jingdezhen: de stad van het porselein. Hier zijn vast ook weer veel bijzondere dingen te vinden.